Taverne Rufferdinge – bierparel in Landen
Taverne Rufferdinge
is een onderdeel van het bezoekerscentrum Rufferdinge. De graanwatermolen
Rufferdinge in Landen dankt zijn naam aan de Frankische edelman en
grondbezitter Rupert of Ruffer. De watermolen heeft gedraaid tot in 1966 en tot
1924 werd er ook bier geproduceerd. Sinds april 2006 is het molengebouw
gedeeltelijk ingericht als bezoekerscentrum. Het vormt een ideale uitvalbasis
om de schatten van de historische stad van Pepijn van Landen te ontdekken. Op
hetzelfde adres is ook de toeristische dienst van de stad Landen en een taverne
gevestigd. Omdat het bezoekerscentrum
gesloten is, gaat al mijn aandacht naar de taverne en besluit ik mijn
zythologisch in plaats van historisch petje op te zetten.
Uitbaters John en
Hilda ontvangen je in een ontspannen sfeer in hun prachtig versierde taverne
ingericht in Scandinavische stijl. Echt zo een plek waar het in de zomer
heerlijk toeven is op het grote terras met zicht op het park en het in de
winter wegdromen is in de warme, gezellige omgeving van een Noorse blokhut. De
taverne beschikt over een vergaderzaal, een feestzaal voor 45 personen, een
gezellig terras omgeven door heel wat groen en vooral een uitgebreide keuze van
ruim 280 Belgische bieren. Naast het ruime assortiment bieren zijn de ribbetjes
met honingsaus of het stoofvlees op grootmoeders wijze een echte aanrader. Elk
jaar organiseren John en Hilda een bierfestival waarbij allerlei standen worden
opgezet met 25 bieren van het vat.
Hilda heeft lange
tijd in de horeca gewerkt en heeft duidelijk de knepen van het vak onder de
knie. Je voelt je onmiddelijk thuis bij zo een gastvrouw. John is een echte
zeebonk, maar heeft de passie van het ruime sop verlegd naar het sop van het
bier. Toen ze in
oktober 2008 de sleutel van de taverne in handen kregen, was hun verrassing
groot. De taverne diende volledig gerenoveerd te worden. Van een
gewoon café hebben ze stap per stap een biertempel gemaakt.
Terwijl mijn dochter
vooral geinteresseerd is door de talrijke kerstversiering met zingende
kerstmannen en dansende rendieren, ben ik gefocust op de menukaart. Het
charmeert me enorm dat taverne Rufferdinge volop de kaart kiest van lokale
streekbieren. Zo staan er een aantal bieren op van net over de taalgrens die
nergens anders te verkrijgen zijn. Ik woon zelf over de taalgrens in Noduwez en
weet dat sommige van die Waalse bieren verdomd moeilijk te vinden zijn.
Uniek in taverne Rufferdinge
is het bier van het in de buurt liggende Waalse dorpje Pellaines, ‘La Pellainoise’, dat je enkel hier het
hele jaar kan drinken. De kenners noemen het een “tractor” naar de afbeelding
van een tractor op het etiket. Het is een amber bier van 6,5 % vol. alc.
ontwikkeld naar een oud streekrecept door het feestcomité van Pellaines ter
gelegenheid van hun kermis. Het bier wordt door Brasserie de Brunehaut uit Rogny
gebrouwen. In Pellaines kan je het enkel tijdens de kermisdagen proeven. Het is
er dertig jaar geleden voor het eerst gebrouwen.
Nog zo een ‘vergeten’
biertje is ‘Licint’ uit het naburige
Lincent in de provincie Luik. De volledige naam is ‘Li Pir’rey di Lîcint brune’ genoemd naar de gelijknamige Confrérie
uit Lincent. Het is een artisanaal donker bier met een mooie schuimkraag. De
geur is hoppig en moutig met overduidelijk toetsen van bittere chocolade. Een
aangename bittere afdronk die niet overheersend is. Het bier wordt gebrouwen
bij Brasserie La Binchoise voor de Confrérie uit Lincent.
Mijn derde biertje is
eveneens afkomstig uit de provincie Luik : ‘Flo
Ambrée’ van Brasserie Artisanale du
Flo. Deze brouwerij ligt in Blehen, de kleinste deelgemeente van Hannuit. De
brouwerij ontleent haar naam aan “le flo” wat moerassig gebied betekent. ‘Flo
Ambrée’ is een bier met expliciete houtaroma’s dat in zijn categorie de
prijs ‘Beste Waals bier’ op de wedstrijd ‘Best Belgian Beer of Wallonia’
gekregen heeft. Vorig jaar had ik dit al eens geproefd op het bierfestival
‘Cité de la Bière’ in Luik en toen was dit echt een afknapper. Maar blijkbaar
was het toen een slecht lot of is ondertussen aan het bier geknutseld, want
deze keer viel best mee.
Voor mijn laatste
bier blijf ik uiteindelijk langs de Vlaamse kant langs de taalgrens. Je zit
hier werkelijk op een vierprovincieknooppunt (Vlaams Brabant, Waals Brabant,
Luik en Limburg). Het bier ‘Chokier’
is afkomstig uit de aangrenzende Limburgse gemeente Gingelom en is genoemd naar
de baron Erasme Louis Surlet de Chokier (1769-1839). Historisch gezien is baron
Surlet de Chokier een bekend en belangrijk figuur geweest voor België. Met als
thuisbasis het kasteel van Gingelom is hij ontegensprekelijk één van de
grondleggers geweest van de onafhankelijke Belgische staat. Bij de
onafhankelijkheid van België werd hij, op 11 november 1830, verkozen tot
voorzitter van het Nationaal Congres (het huidige parlement) en werden de
wettelijke fundamenten van het nieuwe Belgische koninkrijk vastgelegd. Vanaf
maart 1831 tot de aanstelling van Leopold I, de eerste Koning der Belgen,
anvaardde deze baron de benoeming tot eerste Regent van België. Uit dankbaarheid
voor wat hij voor ons land gerealiseerd heeft, is het idee ontstaan om zijn
naam te schenken aan een nieuw lokaal bier. De ‘Chokier’ is een amberkleurig bier met een licht kleurend schuim. De
smaak is eerder droog tot licht zoetig, een vleugje caramel dat bij de afdronk
overgaat in fijne hopbitterheid. ‘Chokier’
heeft een hoge, maar zachte bitterheid en een volmout karakter, wat
uiteindelijk een vollere smaak geeft. Een lekker bier en mooie afsluiter. Tijd om
John en Hilda te bedanken voor hun gastvrijheid.
Reacties
Een reactie posten